1. Een zending hoop ik te volbrengen wanneer ik nog wat groter ben. Ik ga de Schriften vast studeren, zodat ik ’t evangelie dan veel beter ken.
2. Aan ieder die het maar wil horen breng ik het evangeliewoord. Een zending hoop ik te volbrengen, de Heer te dienen, hier of daar in ’t verre oord.