1. Wat is de wereld toch heerlijk mooi, wat voel ik me toch blij. De vogels en de bijen zingen opgewekt voor mij.
Ik zing en zing en zing en zing een lied tot God omhoog. Ik zing en zing en zing en zing en richt op Hem mijn oog.
2. Wat is de wereld toch heerlijk mooi, wat voel ik me toch blij. Mijn leraars, ouders, zus en broer zijn lief en goed voor mij.
Ik zing en zing en zing en zing een lied tot God omhoog. Ik zing en zing en zing en zing en richt op Hem mijn oog.