1. Uitgekozen Hem altijd te dienen; als getuige van zijn grote naam
spreken wij van onze Hemelvader, van zijn liefde en zijn faam.
Opwaarts, altijd opwaarts, immer roemend in zijn naam.
Opwaarts, altijd opwaarts, immer roemend in zijn naam.
Voorwaarts, stadig voorwaarts, zingen wij als zegelied.
Naar de overwinning, voorwaarts, zoals onze Heer gebiedt.
2. Rijk gezegend met zijn milde gaven, kind’ren van een goddelijke Heer,
vreugdevol zijn heil’ge naam belijdend, brengen wij Hem lof en eer.
Opwaarts, altijd opwaarts, immer roemend in zijn naam.
Opwaarts, altijd opwaarts, immer roemend in zijn naam.
Voorwaarts, stadig voorwaarts, zingen wij als zegelied.
Naar de overwinning, voorwaarts, zoals onze Heer gebiedt.