Book cover

’t Licht van de morgen

Lofzangen, 134


1. ’t Licht van de morgen tint goudgeel de lucht, schemer en schaduw, ze nemen de vlucht; ’t aardrijk ontwaakt uit zijn sombere nacht; Jezus heeft leven, nieuw leven gebracht.

2. ’t Rijk van de dood bindt des levens Vorst niet; Hij is verrezen, Hem huldigt ons lied. Eeuwig zit Hij aan de rechterhand Gods; kroont Hem, uw Koning, belijdt Hem, uw Rots.

3. Lieflijke morgen, van Gods licht vervuld; zie, hoe het zonlicht de schepping verguldt. Hemel en glorie weerschijnen in ’t graf sinds Hij verrees, ’t eeuwig leven ons gaf.