1. Moedig doen wij mee totdat voorbij is de strijd;
’t is onze vreugd, ’t is onze vreugd!
Zie, hoe schoon en schitt’rend is de kroon ons bereid;
wij verkrijgen, dragen haar weldra!
Haastig ten strijde, vlug naar het veld;
waarheid is ’t wapen, moedige held.
Vecht voor het vaandel, fier opgesteld,
tot wij verheugd samen marcheren naar ons huis.
Moedig doen wij mee totdat voorbij is de strijd;
’t is onze vreugd, ’t is onze vreugd!
Zie, hoe schoon en schitt’rend is de kroon ons bereid;
wij verkrijgen, dragen haar weldra!
2. Hoor, de oorlogskreet weerklinkt zo helder en luid;
doe met ons mee, doe met ons mee!
Wij zien uit naar nieuwe strijders, neem uw besluit;
schaar u om de standaard van het kruis!
Hoor, onze Hoofdman roept u vandaag,
aarzel geen oogwenk, o, wees niet traag.
Strijd voor de Heiland, dien Hem gestaag,
laat ons verheugd samen marcheren naar ons huis.
Moedig doen wij mee totdat voorbij is de strijd;
’t is onze vreugd, ’t is onze vreugd!
Zie, hoe schoon en schitt’rend is de kroon ons bereid;
wij verkrijgen, dragen haar weldra!
3. Onze vijand is de zonde, wij strijden flink
voor ’t koninkrijk, Gods koninkrijk!
Vrolijk is dit leger; dat hun jubel dra klink’:
Zie, nu is de grote zege daar!
Nadert gevaar, geen vrees kennen wij,
Jezus, de Leidsman, is ons nabij.
Hij vuurt ons aan, beschermt, maakt ons vrij,
doet ons verheugd samen marcheren naar ons huis.
Moedig doen wij mee totdat voorbij is de strijd;
’t is onze vreugd, ’t is onze vreugd!
Zie, hoe schoon en schitt’rend is de kroon ons bereid;
wij verkrijgen, dragen haar weldra!
Tekst: naar The New Golden Chain, New York, 1866
Muziek: William B. Bradbury (1816–1868)